“Slechte wijn is ideaal om ongewenste visite de deur uit te krijgen”, zo luidt een Frans spreekwoord. Goed om te weten. Schuif thuis bij een Fransoos aan en je weet meteen waar je aan toe bent. Misschien niet leuk, wel duidelijk!
Een maand geleden kende ik dit spreekwoord nog niet en dat is maar goed ook, want anders was ik met een ongezonde wedstijdspanning richting de Champagne vertrokken. De prangende vraag of ze ons als wijnimporteur wel zouden zien zitten, zou dan de hele avond door mijn hoofd spoken. Nu stond ik op het wijndomein van Fallet Dart niet gehinderd door enig gebrek aan kennis van de Franse volksmores mij te vergapen aan de prachtigste champagnes, waar onze wijnboer er gelukkig één miljoen van op voorraad heeft. De avond zouden we dus prima doorkomen. Nadat we de wijngaard en de opslagruimte hadden bewonderd, nam Paul, de wijngaardmeester, ons mee naar een ruimte die een haast sacrale uitstraling had. Hier lagen de millisimes gelagerd uit de jaargang 1999. Voorzichtig pakte hij een fles uit het schap. Het gist zat er nog duidelijk in. “Als ik die toch eens kon proeven!” Het was eruit voordat ik er erg in had. Gelukkig bleek dat ook de bedoeling en werd mijn ongepast enthousiasme beloond. De fles ging mee en bij het eten zouden we de hele collectie doorproeven, dus ook deze kelderschat.
Paradepaardje
Als aperitief werd eerst het huidige paradepaardje opengemaakt: een champagne die tien jaar op gist heeft gelegen. Toen kwam de jaargang 1999 op tafel. De spanning steeg voelbaar. In alle decadentie van het moment hadden wij de primeur! Een overheerlijke, delicate en tegelijk eigenzinnige zestienjarige deed zijn intrede, terwijl ik me probeerde te herinneren wat ik zestien jaar geleden allemaal uitspookte. Er kwam helaas niets noemenswaardigs boven. Mild geolied gingen we aan tafel. Een heerlijk kipgerecht dampte uit de pan. Paul liet ons de keuze tussen de tweede wijn van Chateau Rothschild uit de Bordeaux en een grand cru uit de Bourgogne. Ik koos voor de Bourgogne, gezien het gerecht. Soms doet kiezen pijn. Tegelijk was ik bijzonder verrast over het feit dat de hele familie ook van mooie wijnen hield buiten de eigen wijngaard om. Dat kan in Frankrijk ook heel anders. De avond werd afgesloten met een huisgemaakte versie van Cognac, die uiteraard niet zo mag heten. Diep in de nacht rolde ik tevreden mijn bedje in. Als visite waren we gewogen en goed bevonden. En de 1999? Die mag nog twee jaar rijpen volgens de wijnboer.